Column de Rode Pen Versoepelingen

21 april 2021

Versoepelingen

Na de strenge berichten van onze premier op 13 april, die de hoop op welke
versoepeling dan ook op 21 april terecht de grond in boorde op grond van de
naargeestige berichten over het vollopen van ziekenhuizen, hield ik mijn hart
vast voor wat er op 28 april versoepeld zou worden. De cijfers van
besmettingen en ziekenhuisopnames inclusief de intensive care-bezettingen
waren alleen maar slechter en de hoge werkdruk van het ziekenhuispersoneel
was niet meer vol te houden. Men smeekte het verplegend en ander personeel
niet met vakantie te gaan en overuren te blijven draaien en het zwartste
scenario dreigde alom, dat alles in veel sterkere mate dan op 13 april.

De premier had toen voor de zoveelste keer streefdata genoemd voor
verlichting van het regime. Dat was al niet zo snugger, want je kunt beter de
voorwaarden noemen waaraan de situatie moet voldoen om te versoepelen,
dat zou ook nog kunnen stimuleren tot beter corona-proof gedrag, maar allà.
Hij zei er ook bij dat die data geen beloften waren, maar streefdata. Maar ja,
wie hoort dat nog als er versoepelingen worden aangekondigd! Zeker niet
diegenen voor wie versoepelingen vooral betekenen ‘eindelijk weer eens lekker
zuipen op het terras’, zoals ik een deerne blij hoorde roepen.
De premier benadrukte vrijdags nog dat het er somber uitzag, maar vanaf
zondag lekten de door dit incontinente demissionaire kabinet beoogde
versoepelingen weer uitbundig uit en werden die in alle gretige nieuws- en
commentaarberichten alvast aan het volk gemeld. De statistieken waren weinig
hoopgevend, juist vanaf het weekend. Toch kwam een opgewekte premier
melden dat de terrassen onder voorbehoud op 28 april open gaan, de
avondklok die dag vanaf ’s morgensvroeg niet meer zou werken en dat je
zonder vooraankondiging de winkel weer in mag als je tenminste wel aan de
ruimtelijke eisen houdt. En het hoger onderwijs weer een beetje open. Hoera,
het mag weer! Komt ook mij goed uit! Maar hoe verantwoord zijn die
versoepelingen?

Wat bezielt zo’n man? Zijn kiezers tevreden houden? Kon hij na de lekkage niet
meer anders? Wat een warboel en wat een trieste logica. Het werd allemaal
nog erger toen er kritische vragen werden gesteld, met name door de NOS,
over de paradoxale en redeloze maatregelen.
Sinds het debat over ‘functie elders’, weet ik dat de premier goed kan draaien,
to say he least, als dat ter verdediging van zijn maatregelen (beleid wil ik het

niet noemen) kan dienen. Maar de lenige pirouettes die hij nu draaide om de
vragen ‘tot tevredenheid’ te beantwoorden grensde aan het onwaarschijnlijke.
Hij verving de keiharde cijfers van de statistici door softe illusie van
mogelijkheden en prognoses die ook door het RIVM, tot voor kort zijn absolute
adviseur, als ‘eventueel mogelijk maar (nog) niet waarschijnlijk’ zijn
bestempeld.
En toen was er vanmiddag dat nieuws over de geheime kabinetsvergaderingen
waaruit nu juist nooit werd gelekt, integendeel, waar cruciale feiten met
geweld onder tafel gehouden werden. Nog zijn er zaken over de toeslagen
affaire die bewust achtergehouden bleken, en dat is gebeurd na een pikante
discussie in het kabinet, waaruit niet gelekt is maar waar grondig onderzoek
voor nodig was om het te weten te komen. Dat die kabinetsvergaderingen in
principe vertrouwelijk zijn vind ik niet zo gek, maar als er op de nu tenslotte
uitgelekte wijze over kamerleden gebabbeld wordt, ben ik blij dat het bekend
wordt. De voorman van het CDA die serieus meldt dat hij gepoogd heeft zijn
partijgenoot Omtzigt die het opnam voor de toeslag-gedupeerden, ‘te
sensibiliseren’ was helemaal potsierlijk. Het optreden van Omtzigt had hèm
moeten sensibiliseren, gevoelig maken, voor wat er in de samenleving gaande
is, in plaats van dat een kritisch kamerlid gevoelig moet worden voor ‘hoe wij
hier met elkaar omgaan’. Dat Rutte ‘niet veel bijdraagt aan het herstel van het
vertrouwen’, zoals Lillianne Ploumen vanmiddag zei, is nog zacht uitgedrukt.
Na dit alles nog enig vertrouwen te herstellen, dàt lijkt mij een onmogelijke
taak. Rutte gokt op zijn onwankelbare kritiekloze aanhang, op botte partij-
machtspolitiek. Vandaar ook die meanderende redeneringen eerst voor en dan
weer tegen versoepelingen van de corona-regels, zoals het hem het best lijkt
uit te komen in de peilingen. Dit alles zonder enig respect voor de overbelaste
zorg en de patiënten die in de knel komen, en zonder enige empathie met de
toeslagenslachtoffers.
Hoe moet dat nu met die twee vermoedelijke hoofdrolspelers bij een nieuwe
kabinetsformatie, Rutte en Hoekstra?
Ik begrijp niet dat de peilingen uitwijzen dat Rutte niets van zijn aanhang is
kwijtgeraakt. Wat ziet zijn eigen partij nog in hem? Deugt men daar ook geen
van allen? Zijn gegoochel lijkt op de visieloze paradoxale ad hoc politiek van
Trump. Wat wil ons land nog met de meanderende koers van een draaiende
premier die ‘eigen macht eerst’ nastreeft met zijn formatiemaatje Hoekstra die
zijn eigen partijgenoot in de kamer wilde laten zwijgen?